zondag 16 februari 2014

De man, de stad en het bier: de biografie van Gerard Adriaan Heineken

Je hebt liefhebbers van bier, en je hebt liefhebbers van pils. “Wat nu?”, zullen sommigen vragen. Pils is toch bier. Ja, daar valt niets tegen in te brengen. Maar in de afgelopen tientallen jaren heeft zich in Nederland een tweedeling voorgedaan. Dronk de Nederlander eerst voornamelijk pils –van welk merk dan ook– al geruime tijd is het zogenaamde ‘speciaalbier’ in opmars. En steeds vaker wordt met een zeker dedain neergekeken op pilsdrinkers. Zeker als die dan ook nog een voorkeur voor Heineken aan de dag leggen. Bij de naam Heineken zullen de meeste mensen verder de flamboyante Freddy Heineken voor ogen hebben. De familie heeft echter meer te bieden. De meer bescheiden kunstzinnige wetenschapper en vader van Freddy: H.P. (Henry) Heineken, maar ook de grondlegger van het huidige concern Gerard Adriaan Heineken (1841-1893). De laatste heeft nu volkomen verdiend een biografie gekregen, geschreven door Annejet van der Zijl. Bovendien, dit jaar 150 jaar brouwerij Heineken, en daarom ook nog een tentoonstelling en verschillende lezingen bij het Amsterdamse stadsarchief. Het is dit jaar dus Heineken galore!

Het boek
Aan Annejet van der Zijl de eer om de biografie van Gerard Heineken te schrijven: Gerard Heineken. De man, de stad en het bier. Gerard Heineken had het beslist slechter kunnen treffen, want het boek van Annejet van der Zijl is plezierig leesbaar en informatief. Dat kan ook nauwelijks anders, want zo is haar stijl. Inhoudelijk qua informatie, en toegankelijk qua schrijfstijl. Toch vind ik deze biografie van Heineken minder geslaagd dan die van Annie Schmidt en Prins Bernhard. Gerard Heineken blijft, alle goede bedoelingen ten spijt een beetje ‘plat’, twee dimensionaal. Akkoord, hij was de grondlegger van een wereldconcern, hij was cultureel actief, hij was sociaal begaan. Al die dingen zijn te herleiden aan de hand van allerlei activiteiten waarbij hij betrokken was. Nieuw voor mij was dat hij interessant historisch en kunstzinnig materiaal voor een breed publiek veilig stelde door het te schenken aan het Oudheidkundig Genootschap en het Gemeentearchief Amsterdam. En ook dat hij onder meer betrokken was bij sociale woningbouw. Maar leren we daardoor de persoon echt kennen? Krijgen we daardoor de kans om hem sympathiek te vinden of een hekel aan hem te krijgen? Helaas niet, want daarvoor ontbreekt toch te veel aan het geschetste beeld.
Dat hij een twee dimensionale persoonlijkheid blijft ligt ongetwijfeld aan het bijna volstrekt ontbreken van egodocumenten. De brief die hij aan de vooravond van de aanschaf van brouwerij ‘de Hooiberg’ aan zijn moeder schreef is daarom terecht bewaard als een ‘relikwie’. Het is een van de weinige stukken waar de persoon Gerard Heineken zich een beetje laat kennen. Een zelfbewuste jongeman, vol plannen. Hij is zeker van zijn zaak, en hij laat zich niet beetnemen door de ‘volwassenen’ die het groentje de brouwerij willen verkopen. Maar voor de rest leren we hem niet echt kennen. Een succesvolle zakenman, een cultureel geïnteresseerde Amsterdammer. Maar dat waren er wel meer. De bezielde eigenaar van een brouwerij dan? Tsja, dat waren er in die tijd ook meer. Het was de tijd waarin de brouwnijverheid in Nederland nieuw elan leek te krijgen. In deze periode was Heineken zelfs in Amsterdam lang niet de enige. De Koninklijke Nederlandsche Beijersch Bierbrouwmaatschappij, de Amstel, ’t Haantje, de Deli, zelfs Van Vollenhoven. Stuk voor stuk grote Amsterdamse brouwerijen. Maar ook in andere steden bloeide op dit gebied nieuw initiatief op. Wat wel bijzonder is? Het feit dat de brouwerij van Heineken al deze initiatieven stuk voor stuk overleefde. Maar is dat de verdienste van Gerard Heineken? Ik vrees dat die zaak aanzienlijk gecompliceerder ligt. Hoe goed het verhaal ook geschreven is, hoe boeiend het onderwerp ook is, Gerard Heineken blijft een onbekende.


Gebaseerd op de berichten in de pers was ik bang dat de schandalen die door Von Barnekow en zijn vrouw veroorzaakt werden de boventoon zouden gaan voeren. Bekenden die weten dat ik in de geschiedenis van de brouwnijverheid geïnteresseerd ben kwamen naar me toe, met de vraag of ik het al gehoord had: Freddy Heineken was geen ‘echte’ Heineken! Dat verhaal kende ik al lang, evenals vele andere verhalen. Na lezing van het boek van Annejet van der Zijl ben ik gerust gesteld. Zij meldt het verhaal, maar besteedt er niet meer aandacht aan dan dat het verdient. Roddel en achterklap is bij haar terecht slechts een ‘voetnoot’ bij het totale verhaal. Al met al kan ik het boek zeker aanraden als een plezierig leesbaar boek, dat een interessante kijk biedt in de ontwikkeling van Amsterdam in de tweede helft van de negentiende eeuw. Voor hen die in de geschiedenis van de brouwerij geïnteresseerd zijn zou ik het minder aanraden. Daarvoor blijft nog steeds het boek van Korthals de beste bron. En dat is dan jammer, want dat boek dateert immers al van 1948 en kan dus op bepaalde punten beslist gedateerd genoemd worden. Een enkele kanttekening nog. Het is zeker dat Wilhelm Feltmann geprobeerd heeft de brouwerij onder zijn controle te krijgen. Begrijpelijk, want hij had er minstens zoveel energie in gestopt als Gerard Heineken. Maar of het de bedoeling was dat zijn zoon Frits Feltmann hem op zou volgen, zoals op pagina 198 vermeld wordt? Deze was nog rijkelijk jong op dat moment. Er was een moment dat een Feltmann junior in zicht was, maar dat was voor zover mij bekend de oudste zoon Willy Feltmann, geboren in 1873. Hij kwam op audiëntie, maar werd te licht bevonden. Gezien de weinig hartelijke relatie tussen Wilhelm Feltmann en Mary Heineken niet echt verrassend. Beiden hadden denkelijk een te groot ego om goed met elkaar samen te kunnen werken. Het bleek voor de zoons van Feltmann vermoedelijk een fikse streep door de rekening.

De tentoonstelling
Zoals al eerder gezegd, ook het Amsterdamse stadsarchief biedt dit jaar ruimschoots aandacht aan Heineken. Een tentoonstelling en een aantal lezingen. De tentoonstelling is beslist mooi vorm gegeven. Maar als ik het daar bij zou laten dan zou ik de samenstellers beslist tekort doen. Naast de vormgeving is ook de inhoud positief te beoordelen. Wie alles volgt en kennis neemt van de extra informatie die via de audiotour wordt gegeven krijgt een goed beeld van de ontwikkeling van de brouwerij in de negentiende eeuw. Evenals bij de biografie van Gerard Heineken is de brouwerij ook hier onderdeel van de ontwikkeling van de stad Amsterdam in dezelfde periode. Terecht, want Heineken is zeker een van de voorbeelden van de economische ontwikkeling van de stad. De tweede gouden eeuw, zoals deze hier genoemd wordt. Toch leidt dat een enkele keer tot een wat overdreven aandacht. De tentoonstelling sluit af met een overzicht van de voor de stad zeer kenmerkende gebouwen die in die tijd ontstonden: het Paleis voor Volksvlijt, het Concertgebouw, het Rijksmuseum, de Beurs van Berlage en het Centraal Station. Of de brouwerij van Heineken nu echt in dit rijtje thuis hoort? Evenals een aantal andere gebouwen die hadden kunnen behoren tot het industrieel erfgoed van Amsterdam is het oorspronkelijke gebouw inmiddels verdwenen. Dus zo iconisch als de andere gebouwen is de brouwerij van Heineken daardoor niet. Ondanks dat wil ik ook de tentoonstelling in ieders aandacht aanbevelen.



Tenslotte
Als ik constateer dat Gerard Heineken terecht een biografie heeft gekregen, dan moet me wel van het hart dat dit is om de persoon. Kijken we naar het concern, en nog breder naar de geschiedenis van de brouwnijverheid in Nederland, dan is er een persoon die er tot nu toe relatief bekaaid vanaf komt: Wilhelm Feltmann. Ingehuurd door Gerard Heineken om de transitie van de traditionele brouwerij de Hooiberg naar een moderne brouwerij mogelijk te maken, werd Feltmann meer. Onder meer door zijn internationale contacten, en door zijn technische inzicht werd de Nederlandse brouwwereld voorgoed hervormd. Hij stond daarin weliswaar niet alleen, maar hij speelde daarin wel een vooraanstaande rol. Naast Gerard Heineken verdient de persoon van Feltmann daarom zeker aparte aandacht. Wat men ook denkt van het huidige product van Heineken, de rol van pioniers als Feltmann is voor de gehele bierwereld in Nederland van onschatbare waarde. En ook dat verdient aandacht, een onderzoek en een boek!

Verder lezen over Heineken?
Naast het boek van Annejet van der Zijl en het hierboven ook genoemde boek van de hand van Korthals over Heineken, is in de publicaties van Ton Heijdra en Mariëlle Hageman de nodige aandacht besteed aan de gebouwen van de brouwerij van Heineken in Amsterdam. Ook de niet geautoriseerde biografie van Freddy Heineken van Barbara Smit besteedt enige aandacht aan het begin van het wereldconcern.

Annejet van der Zijl, Gerard Heineken. De man, de stad en het bier, (Amsterdam / Antwerpen 2014)
H.A. Korthals, Korte geschiedenis der Heineken’s Bierbrouwerij Maatschappij N.V. 1873-1948, (Amsterdam 1948)
Ton Heijdra, Het Heinekenterrein. Geschiedenis van een brouwerij, (Amsterdam 1995)
Barbara Smit, Heineken. Een leven in de brouwerij, (Nijmegen 1996)
Mariëlle Hageman, Heineken. De brouwerij in Amsterdam, (Amersfoort / Brugge 2013)


Bovendien, de tentoonstelling in het Stadsarchief Amsterdam, Vijzelstraat 32, nog tot en met 11 mei 2014, dinsdag tot en met vrijdag van 10.00-17.00 uur, zaterdag en zondag van 12.00-17.00 uur (gesloten op maandag en Koningsdag 26 april).